Menu Sluiten

Pastoortje

13-11-2017 Pastoortje spelen

Misschien ligt het aan mij, maar ik zie kinderen op straat nauwelijks meer spelletjes doen. Nee, dan wij vroeger! Verstoppertje, knikkeren, landjepik of hinkelen. Er was altijd wel wat te beleven. Maar mijn vriendjes van toen, Freddy op den Akker en Jan Huijskes – beiden zijn helaas al heel wat jaren geleden overleden – en ik hadden nog een andere hobby, pastoortje spelen.

Op onze slaapkamers was een altaartje opgesteld. Wie dat van mij in elkaar heeft geknutseld, zou ik niet meer weten. Mijn vader in ieder geval niet. Net zo min als ik was hij handig. Misschien dat een of andere oom het heeft gemaakt. De liturgische gewaden, zoals een kazuifel, albe, stola en manipel zullen ongetwijfeld door mijn moeder zijn vervaardigd want zij was een ware kunstenares op de naaimachine. Geen wonder, zij zat voor haar huwelijk op een naaiatelier. Daar moeten heel wat Duitse meisjes hebben gewerkt, want nog jaren later zong zij de liedjes die ze van deze meisjes had geleerd.

Terug naar het pastoortje spelen. Alle drie lazen we de mis in het Latijn, al wisten we bij God niet wat die teksten betekenden. Beminde gelovigen waren er soms ook. Meestal waren dat broertjes en zusjes die we naar de ‘kerk’ konden lokken met een pepermuntje dat voor een hostie door moest gaan. Niet iedere gelovige had veel geduld met de pastoortjes en begon zich klierig te gedragen. In dat geval was er ook een boete; je werd bij de communie overgeslagen.

Soms speelden Freddy, Jan en ik met zijn drieën pastoortje. Dan had je, zoals dat heette, een mis met drie heren. Ik zie nog hoe we elkaar stonden te verdringen voor dat kleine altaartje. Ik ben er niet helemaal zeker van of dat dit gedrang ooit uit de hand is gelopen. Maar goed ook, want dan zou het goed mis zijn geweest.

Ton Notten

Pastoortje